Arbeids­ongeschiktheid
Home 9 Arbeids­ongeschiktheid

Opzegverbod tijdens ziekte

Gedurende de eerste twee jaar van ziekte (arbeidsongeschiktheid) geldt een zogeheten ontslagverbod of opzegverbod. Dit verbod houdt in dat de werkgever gedurende deze tijd de arbeidsovereenkomst van de zieke werknemer niet mag opzeggen, zelfs indien hij de daarvoor benodigde ontslagvergunning van UWV zou hebben. Een opzegging in strijd met een opzegging kan op verzoek van de werknemer door de kantonrechter worden vernietigd. Daarbij dient de werknemer wel rekening te houden met de wettelijke vervaltermijn.

Overigens zal UWV een verzoek om toestemming tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst niet in behandeling nemen als sprake is van het opzegverbod tijdens ziekte. Dat is alleen anders, indien de werkgever bij de aanvrage aannemelijk maakt dat de zieke werknemer op korte termijn weer hersteld is. De werkgever kan dat doen door een rapport van de bedrijfsarts te overleggen.

Het opzegverbod in ontbindingsprocedures bij de kantonrechter

Na een procedure tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst hoeft de werkgever de arbeidsovereenkomst niet meer op te zeggen. Het opzegverbod tijdens ziekte speelt in procedures bij de kantonrechter dan ook niet een directe rol. Wel zal de kantonrechter moeten nagaan of het ontbindingsverzoek verband houdt met het opzegverbod tijdens ziekte. Is dat niet het geval, of is hij van oordeel dat de arbeidsovereenkomst ook in het belang van de werknemer hoort te eindigen, dan kan de kantonrechter de arbeidsovereenkomst ontbinden.

Het opzegverbod tijdens ziekte, uitzonderingen

Het opzegverbod tijdens de eerste twee jaar van ziekte kent een aantal uitzonderingen, waarvan dit de belangrijkste zijn:

  1. opzegging in de proeftijd
  2. opzegging wegens dringende reden (ontslag op staande voet)
  3. instemming met de opzegging door de werknemer
  4. opzegging wegens geheel of gedeeltelijke bedrijfsbeëindiging
  5. opzegging van AOW-gerechtigde werknemers in de meeste gevallen
  6. niet meewerken reintegratie bij ziekte, bijvoorbeeld het weigeren van aangeboden passend werk, hoewel de werknemer in staat is dat werk te  doen, het weigeren mee te werken aan het opstellen, evalueren of bijstellen van het plan van aanpak, of het weigeren mee te werken aan redelijke instructies van de werkgever of de bedrijfsarts gericht op reintegratie.